De ene ingenieur is de andere niet

Geboeid door radertjes, machines, wetenschap en techniek? Dan is een opleiding tot ingenieur misschien iets voor jou. Maar wat is het verschil tussen industrieel en burgerlijk ingenieur? Wat kies je als je gepassioneerd bent door elektriciteit? Of als ICT helemaal je ding is?

Het aloude grapje illustreert de verschillende insteek bij een opleiding tot industrieel of burgerlijk ingenieur: “Wat is het verschil tussen een burgerlijk en een industrieel ingenieur? Een burgerlijk ingenieur bouwt een brug en weet perfect waarom ze instort. Een industrieel ingenieur bouwt een brug, maar weet niet waarom ze blijft staan.”

Burgerlijk ingenieur vormt de brug tussen de wetenschap en het omzetten naar een product. Industrieel ingenieurs zetten producten om tot bedrijfstoepassingen. De wetenschap tegenover de praktijk, dus.

Als burgerlijk ingenieur kan je kiezen voor: architectuur, bouwkunde, biomedische of chemische technologie, computertechnologie of elektrotechniek en energie.

Specialisaties die je enkel als burgerlijk ingenieur kan volgen zijn: statistiek, bio-informatica, nanotechnologie, wiskundige ingenieurstechnieken, werktuigkunde, verkeer en transportsystemen, materiaalkunde, landmeten en bedrijfskundige systeemtechnieken.

Na je bachelor in de industriële wetenschappen kan je je specialiseren in je masteropleiding. Je hebt de keuze tussen verschillende domeinen, waarvan een aantal al aan bod kwamen bij burgerlijk ingenieur: chemie of biochemie, elektronica-ICT of elektromechanica, bouwkunde en energie.

Eigen aan de opleiding industrieel ingenieur zijn volgende specialisaties: kunststofverwerking, nucleaire technologie, verpakkingstechnologie en voedingsingenieur.

Verder kan je met je passie voor land- en tuinbouwkunde, voeding en biologie terecht bij de opleiding tot bio-ingenieur.

Eveline Janssens