Mag je je ex-werkgever onbeperkt beconcurreren?

In je arbeidsovereenkomst staat geen (geldig) niet-concurrentiebeding. Mag je in dat geval na het einde van de overeenkomst je ex-werkgever beconcurreren door bv. dezelfde klanten te bezoeken. Een arrest van het arbeidshof in Brussel gaat in op deze vraag.

Wat was er gebeurd?

Een werknemer was in dienst van een bedrijf dat ijs verkocht. Na het einde van zijn tewerkstelling trad hij in dienst bij een concurrent. Hij bezocht daarbij een aantal klanten van zijn vorige werkgever om … ijs aan hen te verkopen. De ex-werkgever liet dat vaststellen door een gerechtsdeurwaarder en meende dat de werknemer zich bezondigde aan verboden concurrentie. Hij vorderde een schadevergoeding.

Wat besliste de rechter?

Het arbeidshof gaf de werkgever ongelijk. Volgens het arbeidshof heeft een werknemer (bij ontstentenis van een geldig concurrentiebeding) na het einde van de arbeidsovereenkomst het recht om een concurrerende activiteit uit te oefenen op voorwaarde dat zijn activiteiten niet deloyaal zijn. Enkel daden van oneerlijke concurrentie of het bekendmaken van fabrieks- en/of zakengeheimen zijn na het beëindigen van de arbeidsovereenkomst verboden. In dit geval bewees de werkgever volgens het arbeidshof niet dat de ex-werknemer fabrieks- of zakengeheimen zou hebben bekend gemaakt aan derden.

Wat te onthouden?

Als je arbeidsovereenkomst geëindigd is, mag je je gewezen werkgever in principe concurrentie aandoen. Een uitzondering op die regel bestaat als er in je arbeidsovereenkomst een geldig niet-concurrentiebeding werd opgenomen.

Ook daarbuiten mag je je niet bezondigen aan onrechtmatige concurrentie. Dat is bijvoorbeeld het geval als je fabrieks- of zakengeheimen bekend maakt van je gewezen werkgever, als je een lijst met cliënteel van je werkgever ‘meeneemt’ en die klanten dan systematisch benadert enz. Beweert je ex-werkgever dat er sprake was van onrechtmatige concurrentie dan moet hij dat bewijzen. Als je ex-werkgever daarin slaagt dan kan hij onder andere een schadevergoeding van je vragen.

Jan Roodhooft

Bron: Arbeidshof Brussel, 8 april 2005, www.juridat.be